Ir. Olga Dansen

Ir. Olga Dansen


Olga is afgestudeerd aan Wageningen Universiteit voor de masteropleiding Animal Nutrition en gespecialiseerd in paardenvoeding. Tijdens haar studie aan HAS Den Bosch raakte zij geïnteresseerd in diervoeding. Door haar stage aan de Universiteit in Utrecht werd haar duidelijk dat ze graag in de paardenvoeding verder zou willen. Verder werkt Olga als stalmedewerker op een manege/pensionstal en heeft ze een verzorgpaard waar ze dressuurwedstrijden mee rijdt, maar ook graag een bosrit mee gaat maken.

Zelf doktertje spelen



“Mijn paard heeft een voedingsallergie” klonk het laatst in mijn voicemail. Een interessant onderwerp. Ik denk namelijk dat mensen redelijk makkelijk hun paard ziektes en gebreken aanpraten, omdat mensen ook allerlei gebreken kunnen hebben. Daarnaast zijn er tal van wilde verhalen op internet, waardoor je haast gaat denken dat je paard binnen een uur dood neervalt omdat hij een bultje heeft.

Ik vind het een zeer goede ontwikkeling dat paardeneigenaren zich bewust zijn van gezondheidsproblemen en daar actie op ondernemen. Alleen de manier waarop actie wordt ondernomen kan echter cruciaal zijn. Daarom zou ik graag willen adviseren eerst gedegen onderzoek te doen in samenwerking met een dierenarts, alvorens stappen te ondernemen en zelf als doktertje aan de slag te gaan.

Paarden kunnen wel degelijk een voedselallergie hebben, maar dit is veelal een allergische reactie op bijvoorbeeld gluten, luzerne, tarwe, haver, maïs, suikerbiet, gerst, zemelen, melasse of krachvoer. Zelf heb ik nog nooit een paard gezien die allergisch is voor hooi of stro (stofallergie niet meegerekend). Het zou natuurlijk kunnen, maar dit zou dan toch echt met onderzoek aangetoond moeten worden. Dit is echter erg lastig, zeker omdat de beschikbare testmethodes nog niet volledig betrouwbaar zijn en het ook niet mogelijk is om op alle mogelijke allergenen te testen.

Een voedselallergie uit zich meestal door een huidreactie of door spijsverteringsproblemen. Wanneer het om een huidreactie gaat, dienen eerst andere huidaandoeningen uitgesloten te worden. Denk hierbij o.a. aan mijten, schimmel- of bacteriële infecties en insectenallergie. Vervolgens kan je beginnen met het proberen te achterhalen van de oorzaak van de allergische reactie. Dit zal wat tijd en moeite kosten. Het is de bedoeling om terug te gaan naar de basis: alleen ruwvoer. Om ook uit te sluiten dat het aan het huidige ruwvoer ligt, schakel je over op hooi van een andere grassoort. Wanneer je paard daadwerkelijk een voedingsallergie zou hebben, zou je verbetering moeten zien binnen 4 tot 6 weken na overschakeling naar het nieuwe rantsoen.

Als je paard goed reageert op zijn nieuwe rantsoen, kan je je paard uitdagen met een voeder uit het voormalige rantsoen. Zodra er een reactie komt, weet je aan welk voedermiddel het ligt en wat je dus voortaan niet meer moet geven aan je paard.

Take home message
Een paard kan een voedselallergie hebben, maar zorg eerst dat andere mogelijk oorzaken zijn uitgesloten alvorens te gaan sleutelen aan het rantsoen. Rantsoenwisselingen kunnen namelijk meer kwaad dan goed doen, zeker bij een paard wat al gezondheidsproblemen heeft.
 




meer columns | Naar de home pagina




Reacties (0)







Naam
E-mail
Update Houdt mij op de hoogte

Reactie